Bureau Risicobeoordeling & onderzoek (BuRO) heeft aan de directeur Natuur van het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) een advies uitgebracht over de aanwezigheid van uitheemse landplatwormen in Nederland. Het advies is om in het ‘landelijk aanvalsplan invasieve exoten’ aandacht te besteden aan de risico’s van meeliftende exoten, zoals landplatwormen.
Het advies is gebaseerd op het rapport ‘Uitheemse landplatwormen in Nederland, een aanvullende verkenning’ dat Minyoo Advies in opdracht van BuRO heeft gemaakt. De aanleiding was dat in een veldonderzoek in enkele kassen en tuinen in korte tijd enkele voor Nederland nieuwe soorten landplatwormen zijn ontdekt.
Beeld: ©Roy Kleukers
Resultaten inventarisatie
In 16 van de 25 onderzochte kassen zijn 125 individuele landplatwormen gevonden, waarvan 101 uitheemse. Uitheemse landplatwormen werden gevonden in 12 van de 25 onderzochte kassen. Ten opzichte van de risicobeoordeling in 2020 zijn drie nieuwe uitheemse landplatwormsoorten waargenomen: kleine Australische tweestreep (Parakontikia ventrolineata), grote gevlekte landplatworm (Obama nungara) en een Europese soort (Microplana scharffi). De Nieuw-Zeelandse landplatworm (Arthurdendyus triangulatus), de enige landplatworm die op de Unielijst van invasieve soorten staat, is niet gevonden.
Effecten
De grote gevlekte landplatworm is een predator van verschillende bodemdieren, waaronder regenwormen. Van deze soort zijn 29 exemplaren aangetroffen in drie kassen en sinds 2020 is de soort op zeker vier plaatsen in Nederland in tuinen gemeld. Deze landplatworm is in procedure voor plaatsing op de Unielijst van zorgwekkende invasieve exoten.
Van alle andere aangetroffen uitheemse soorten wordt de kans op effecten ingeschat als laag.